(ESPENLAUB/ WANDERER STROMLINIENFAHRZEUG, 1928, Autocult, 04032, 1:43)
De naam Gottlob Espenlaub is voornamelijk bekend in de luchtvaart. Op twintigjarige leeftijd bouwde hij uit wrakstukken een eigen zweefvliegtuig. In 1928 vatte Gottlob Espenlaub het plan op zijn kennis uit de vliegtuigindustrie toe te passen op de automobielbouw. Een Wanderer (onder meer Duitse autofabrikant) diende als basis voor zijn plan. Terwijl hij het onderstel kennelijk geheel ongewijzigd liet, kon hij op het koetswerk zijn ideeën realiseren. Zonder acht te slaan op de contemporaine carrosseriebouw, meende hij de praktijk van de vliegtuigbouw één op één op de automobielbouw te kunnen toepassen. Op deze manier ontstond een bolvormig voertuig met vier ingesloten wielen. Gezien de ruimte die nodig was voor de voorwieluitslag binnen de carrosserie was het voertuig een stuk breder dan de gebruikelijke automobiel. Vanwege het gebruikte onderstel was het niet mogelijk stilistische verfijningen aan de carrosserie aan te brengen. Dat was de reden dat het koetswerk er nogal lomp uitzag en het geheel wekte de indruk van een bizar voertuig uit lang vervlogen tijden. Om de stijfheid van de carrosserie te bewaren koos de 28-jarige Gottlob Espenlaub er voor slechts één deur te monteren. Chauffeur en passagiers stapten aan de rechterkant in. Dat het om een auto ging werd duidelijk aan de voorkant, want voor de koeling van de Wanderer-motor was een grille noodzakelijk en die werd door de vliegtuigbouwer met lamellen uitgevoerd. Daarnaast plaatste hij de twee koplampen. (Autocult/BW)